‘Mosterdgele poep dokter’, zucht ik. Inmiddels zijn de internist en ik op dusdanig goede voet dat als we bellen ik het symptoom verkondig en de internist meestal een bijvoeglijk naamwoord roept, passend bij de situatie. Variërend van vervelend, fantastisch, geweldig, pijnlijk of verdrietig. De begroeting en onze namen laten we achterwege. Na symptoom en bijvoeglijk naamwoord volgt een nauwkeurige beschrijving van de mosterdgele poep. Waarop de internist verdiepende vragen stelt, gevolgd door een weloverwogen advies. Het is zeer lastig om een hond met IBD* in balans te krijgen. Het gaat zogezegd met vallen en opstaan. Een stap vooruit, drie terug. Zorgelijk vind ik dat hij blijft afvallen en ook minder zelfverzekerd en weerbaar lijkt richting andere honden. De analyse die ik weet te formuleren heeft te maken met mijn oog voor detail. Ofwel als ik met Sam aan de wandel ben, heb ik een hyperfocus op zijn ontlasting. Dit zorgt voor ongemakkelijke situaties bij beide partijen. Honden he
Sinds een aantal jaren schrijf ik, af en toe, een column genaamd #hondenleven over mijn hond Sam. Vindt het baasje leuk…